Waar moet ik om denken bij een VAR (verklaring arbeids relatie)
Bij een var zijn twee mogelijkheden:
WUO; winst uit onderneming
IOW inkomsten overige werkzaamheden
Is er een verklaring winst uit onderneming WUO dan wordt jij geacht kort te sluiten dat ze ook werkelijk zelfstandig ondernemer zijn
door aannemelijk te maken dat ze ook andere klanten hebben.
Zodra iemand 3 dagen voor je werkt zou het zo kunnen zijn dat zo iemand genoeg inkomsten heeft van die 3 dagen en er daarnaast niks meer bij doet.
Bij eventuele onenigheid zeggen ze misschien dat jij h?d kunnen weten dat zo iemand eventueel niet zelfstandig was ook al is die verklaring afgegeven.
Werk daarom uit voorzorg met WUO-ers op 2 dagen.
VAR IOW inkomsten overige werkzaamheden wil zeggen dat deze mensen niet eens aangemerkt worden als zelfstandige.
voor hen geldt dat ze wel voor je mogen werken maar niet meer dan 2 dagen per week geduren 28 dagen.
Dat wil zeggen, laat je deze mensen 2 dagen per week voor je werken dan moet je dat elke 4e week onderbreken anders werken ze wel 2 dagen per week gedurende 28 dagen.
Om dat te voorkomen en het niet te ingewikkeld kun je bij deze VAR aan maar 1 opdracht per week.
De rest zullen ze bij andere opdrachtgevers moeten zien te halen.
Verklaring Arbeidsrelatie is gewijzigd
Er bestaat vaak onduidelijkheid over de arbeidsrelatie van freelancers en zelfstandigen zonder personeel: bent u in dienst van uw opdrachtgever of treedt u op als zelfstandig ondernemer?
Als u zekerheid wilt hebben over het karakter van uw arbeidsrelatie kunt u een Verklaring Arbeidsrelatie (VAR ) aanvragen.
De VAR is met ingang van 1 januari 2005 gewijzigd.
Waartoe dient de VAR?
Een VAR kwalificeert de inkomsten als loon uit dienstbetrekking, resultaat uit overige werkzaamheden, winst uit onderneming of als inkomsten uit werkzaamheden die voor rekening en risico van de vennootschap zijn.
Beschikt men over een VAR waarin staat dat er winst uit onderneming ( VAR-wuo) of inkomsten uit werkzaamheden voor rekening en risico van een vennootschap (VAR-dga) wordt genoten, dan hoeft een opdrachtgever niet meer te beoordelen of sprake is van dienstbetrekking.
Hij heeft met deze Verklaring sinds 1 januari 2005 de zekerheid dat hij dan geen loonbelasting, premies volksverzekeringen of premies werknemersverzekeringen hoeft in te houden en af te dragen.
Staat in de VAR dat de inkomsten behoren tot het resultaat uit overige werkzaamheden, dan hoeft de opdrachtgever evenmin loonbelasting en premies volksverzekeringen in te houden of af te dragen.
Het UWV zal moeten beoordelen of de opdrachtgever wel of geen premies werknemersverzekeringen moet inhouden en afdragen, afhankelijk of er wel of geen sprake is van een dienstbetrekking.
Om zekerheid te krijgen kan de opdrachtgever vooraf om een oordeel van het UWV vragen.
Wanneer hij dit niet doet, kan het UWV achteraf van oordeel zijn dat sprake is van een dienstbetrekking en moet de opdrachtgever alsnog de premies werknemersverzekeringen afdragen.
Geldigheidsduur
Een VAR die na 1 januari 2005 is afgegeven is maximaal 1 kalenderjaar geldig. De geldigheidstermijn gaat in aan het begin van een kalenderjaar, tenzij de werkzaamheden later zijn begonnen.
De Belastingdienst kan de verklaring in dat geval vanaf het begin van de werkzaamheden tot het einde van het kalenderjaar laten gelden.
Er zijn echter uitzonderingen.
Overgangsregeling
Verklaringen afgegeven voor 1 januari 2005 waren in principe twee jaar geldig. Dit blijft zo, tenzij de geldigheidsduur doorloopt tot na 31 december 2005. In dat geval wordt 31 december 2005 de einddatum van de verklaring.
Wetsvoorstel nieuwe Arbo-wet per 1 juli 2005